Hoe konden de vikingen in kleine boten zonder kompas Amerika bereiken? Het mysterie lijkt opgelost: met een zonnesteen.
Volgens archeologen van de Eötvös universiteit in Boedapest gebruikten ze een oligoklaas, in de volksmond ook wel een zonnesteen. Deze doorzichtige steen heeft een bijzondere eigenschap: hij splitst het licht dat er doorheen valt. Daardoor krijg je twee uit elkaar lopende lichtstralen op een ondergrond. Ze wijzen als een pijl in de richting van de zon.
Zo kun je zelfs weten waar de zon is als je door dichte mist vaart, denken de Hongaren. Als je ook nog redelijk nauwkeurig weet hoe laat het is, kun je berekenen waar noord en zuid zijn.
Het is een opmerkelijke conclusie, tot nu toe werd aangenomen dat deze dubbele breking van licht was uitgevonden door de Nederlandse natuurkundige Christiaan Huygens. Nu lijkt het alsof de bijzondere eigenschap van oligoklaas al eeuwen eerder bekend was. De Hongaren komen tot deze nieuwe interpretatie van de geschiedenis na bestudering van viking geschriften.