Het woke gedoe rond ‘schadelijke taal’


Is het woord grootvader beledigend? Hoe zit het dan met migrant? Of misschien Amerikaan? Weinig mensen zullen waarschijnlijk aanstoot nemen aan deze termen. Toch plaatste de gerenommeerde Stanford University in de Verenigde Staten deze woorden op een lijst met ‘schadelijke taal’. Medewerkers is gevraagd de woorden niet meer te gebruiken, om vooral niemand tegen het hoofd te stoten.

Na veel gedoe, is de lijst nu weer teruggetrokken. Je mag je opa weer gewoon opa noemen.

De discussie rond de lijst toont aan hoe moeilijk het is om de taal te veranderen. Pressiegroepen proberen dat sinds jaar en dag. In Nederland wilden feministes in de jaren zeventig al het woord ’timmerman’ vervangen door ‘de timmer’. In de VS gaan de politiek correcten nog veel verder, ze willen dat de hele maatschappij ‘veilig‘ is. Vooral de aanduiding van bevolkingsgroepen is daar een heikel punt.

Neem een indiaan. In de jaren tachtig mocht dat niet meer. Jarenlang was de correcte term native American. Tot mensen gingen vallen over dat native, dat connotaties heeft met ‘inboorling’ en klinkt als een simpele ziel. Maar wat dan wel? Er is tot slot onderzoek naar gedaan onder indianen. Hoe wilden zij worden genoemd? Het antwoord was simpel: noem ons maar indianen.

Opvallend is dat taal altijd langer schijnt te moeten worden. Slaven werden ’tot slaaf gemaakten’. De aanduiding ‘Amerikaan’ wilde Stanford omkatten naar ‘burger van de Verenigde Staten van Amerika’. Een lelijk woord was aan die universiteit ook geen belediging meer, maar ‘ potentieel aanstootgevende taal’. Maar nu de lijst is verdwenen, mag je weer beledigen wat je wilt.