Extremisten vaak dommer


Mensen die zich aan de uiterste randen van het politieke spectrum bevinden – links en rechts – hebben vaak moeite met taken waarvoor nogal wat denkkracht nodig is. Ze zijn, kort gezegd, dommer dan de gemiddelde persoon. Ze hebben daardoor meer problemen om te analyseren wat ze in hun dagelijkse leven meemaken.

Dat ontdekten experimenteel psychologen van de University of Cambridge in het Verenigd Koninkrijk dankzij een aantal testen. Daarin moesten mensen hersenkrakers doen, spelletjes waarbij ze bijvoorbeeld vormen op een scherm moeten onthouden om die later in de juiste volgorde te leggen. Daarbij is een combinatie van verschillende hersenfuncties nodig.

Daarnaast mochten de proefpersonen vertellen wat hun politieke ideeën waren.

Het bleek dat de extremisten duidelijk grotere moeite hadden met de hersenkrakers dan mensen met een meer gemiddelde mening. Ze scoorden lager op perceptie, lerend vermogen en het verwerken van complexe informatie. De mensen die geen probleem hebben met het gebruik van geweld voor het doorvoeren van hun politieke doelen, scoorden bovendien lager op de controle van hun emoties.

Deze personen deden ook langer over de tests. Bewogen meer balletjes op een scherm horizontaal dan verticaal? Daar moesten ze lang over nadenken. Het komt door hun dogmatische brein, schrijven de onderzoekers in het vakblad Philosophical Transactions B. Mensen met zulke hersens hebben moeite om nieuwe informatie te verwerken en blijven het liefste bij ‘waarheden’ die ze al hebben.