Zweten is een manier waarop je lichaam zichzelf koelt. We mogen niet te heet worden, dat zou slecht zijn voor veel vitale organen, dus geeft je lichaam warmte via de huid af aan de omgeving. Maar als een mens heel snel opwarmt, bijvoorbeeld door een grote inspanning, dan is je huid niet in staat om die grote hoeveelheid warmte goed af te voeren. Vooral als de omgevingstemperatuur ook hoog is.
Het trucje dat de natuur daarop heeft bedacht heet zweten.Door je huid te voorzien van een dunne laag vocht, koel je sneller. Het vocht verdampt en onttrekt daarmee warmte aan je lichaam. Je kunt een experiment doen om die warmte-onttrekking spontaan op te wekken. Trek eens een nat T-shirt aan en je hebt het binnen enkele tellen koud.
Waskommen bekijken om al dat zweet weg te wassen?
Alle mensen zweten, alleen wat je zweet, verschilt per regio. Mensen hebben namelijk verschillende types zweetklieren. Het meest voorkomende type (exocrien) produceert reukloos vocht dat je doet afkoelen. Het minst voorkomende type (apocrien) veroorzaakt de bekende zweetlucht. Die geur geeft potentiële partners informatie over je gezondheid en je immuunsysteem. Geur is niet voor niets een belangrijke factor in aantrekkingskracht.
Aziaten – vooral in Zuidoost Azië – hebben gemiddeld net zo veel exocriene klieren per vierkante centimeter huid, maar veel minder (of helemaal geen) apocriene klieren. Aziaten zweten dus wel, maar stinken veel minder dan blanke of donkere mensen. De oorzaak is waarschijnlijk evolutionair, hoewel niet helemaal duidelijk is wat het nut is van minder apocriene klieren.